Dagboek van een kleivonturier #1
Het begin van de lokale kleiqueeste
2023 - 2024
Hop naar het begin. Het begin van alles? Nee, dat is me wat te groot. Eerder een begin of liever een verderzetting, een evolutie of de volgende stap in mijn kleivontuur.
We zitten in 2024. Nee, 2023 of zelfs 2022. Ik weet het niet exact meer. Alleszins leerde ik toen Andy kennen tijdens een zwart-youtube-gat-spiraal-situatie. Je kent het waarschijnlijk wel, van het één filmpje naar het andere, totaal onbewust van tijd en bestaan.
Andy is een Amerikaanse man die ontzettend veel weet over de keramiektechnieken van vroeger. Vooral in het Amerika van toen, uiteraard. Over ons Belgenlandje wordt met geen woord gerept. Maar de filmpjes over hoe je klei kan herkennen, die zijn natuurlijk niet helemaal plaatsgebonden. En zo geschiedde. Ik keek het filmpje (en nog één, en nog één). En stond helemaal wild van enthousiasme. En dat om 11u ‘s avonds.
Een hele tijd later (want ik zat niet helemaal goed in mijn vel en vond geen moed en positiviteit om op stap te gaan) trok ik mijn botten aan, stak een plastieken zakje, tuinhandschoenen en een schep in m’n rugzak en ging op pad. Naar het Mechels Broek. Want daar ging ik klei vinden. Zomaar. Wachtend op mij. Of misschien een tikje verstopt, maar hoe dan ook ging ik niet met lege handen naar huis komen.
En dat deed ik ook niet. Het was niet veel, maar wel iets. Het kleipercentage in de modder lag niet zo hoog, maar ik kon er een worstje van rollen en rond mijn vinger draaien, min of meer. Dus deze Nelie tevreden. Ik had een foto moeten nemen van mijn blije koppie, maar goed, daar dacht ik toen niet aan.